Het bekendste tapijt ter wereld is het “Ardebil tapijt”, vernoemd naar de stad Ardebil in het Noord-westen van Iran. Het tapijt is gereed gekomen in 1539-1540 en was onderdeel van een zogenaamde ‘Joft’, twee maal een zelfde exemplaar. Shah Tahmasp, heerser in Iran tussen 1524 en 1576, was de opdrachtgever voor het tapijt dat moest komen te liggen in het heiligdom van een van zijn voorvaderen, Shaykh Safi al-Din (overleden in 1334). Het tapijt is meer dan 300 jaar gebruikt. De uitzonderlijke schoonheid en afmeting van ongeveer 10,5 bij 5 meter maken het tezamen met de historische betekenis tot het meest belangrijke tapijt in het Victoria & Albert Museum in Londen. Het andere tapijt ligt in het Los Angeles County Museum of Art.
Aan één zijde van het tapijt is een inscriptie geknoopt van vier regels. De eerste twee regels zijn een poëtisch citaat dat naar het heiligdom als plaats van toevluchtsoord verwijst:
Except for thy threshold, there is no refuge for me in all the world.
Except for this door there is no resting-place for my head.
De derde regel is een signatuur “Het werk van de slaaf van het portaal, Maqsud Kashani”. Maqsud was waarschijnlijk de hofambtenaar belast met het produceren van de tapijten. Hij was niet noodzakelijk een slaaf in de letterlijke betekenis van het woord, maar probeerde hiermee nederigheid uit te drukken. Het woord “portaal” wordt voor een koninklijk hof of een heiligdom gebruikt.
De vierde regel bevat datum 946 van de Moslimkalender, gelijk aan 1539 – 1540.

De twee Ardebil tapijten lagen nog steeds in het heilgdom van Shaykh Safi al-Din in 1843 toen het werd opgemerkt door twee Britse bezoekers. Een jaar of 30 later werd het heiligdom getroffen door een aardbeving en werden de tapijten verkocht, waarschijnlijk om fondsen te werven voor de restauratie van het heiligdom. Ze werden gekocht door de firma Ziegler & Co, tegenwoordig wel bekend als de naamgever van de zogenaamde Ziegler tapijten. Tijdens het herstellen van de tapijten werd delen van het ene tapijt gebruikt voor de andere, resulterend in een compleet tapijt en een tapijt zonder randen. Na vele omwegen belandt het complete tapijt in het V&A Museum, dat het in 1893 aankoopt voor £2000. Het kleine tapijt wordt uiteindelijk in 1953 geschonken aan het Los Angeles County Museum of Art.
De ketting- en inslagdraden in het tapijt zijn van zijde, de polen zijn van plantaardige geverfde wol. Per vierkante meter heeft het tapijt ongeveer 530.000 knopen. Het voordeel van zo’n hoge knoopdichtheid is dat de details goed zichtbaar zijn, het is echter wel zeer tijdrovend. Er is een Perzische knoop (ook wel asymmetrische) gebruikt. Een team van vaardige knopers is jaren bezig geweest met de fabricatie van het tapijt, soms met 10 man tegelijk.
Als u het Victoria and Albert Museum wilt bezoeken, klik dan hier voor informatie. Het is 10 minuten lopen vanaf Harrods!